Lymfoedeem

Het lymfestelsel is belangrijk voor de afweer tegen infecties en het opruimen van afvalstoffen uit de weefsels. Bovendien zorgt het ervoor dat het vochtgehalte van de weefsels in evenwicht blijft. Raakt dit stelsel uit balans door bijvoorbeeld verwijdering van lymfeklieren, of door bestraling van de lymfklieren, dan kan de afvoer van lymfevocht stagneren. Als het goed is nemen andere lymfeklieren het werk over. Maar als deze zijn bestraald of beschadigd door de operatie, gebeurt dat niet en ontstaat er een ophoping van lymfevocht: lymfoedeem. Deze klachten kunnen tijdenlang aanhouden en gaan soms helemaal niet meer weg.

Risicofactoren

Lymfoedeem dat niet direct na de operatie ontstaat, kan zich ook later nog voordoen, zelfs na jaren, hoewel dat zelden voorkomt. Er zijn factoren die dat in de hand werken. Om te voorkomen dat er lymfoedeem ontstaat is het goed om te zorgen dat er niet teveel lymfvocht ontstaat in de arm en dat het lymfvocht goed blijft stromen in de arm. Lymfoedeem kan alsnog ontstaan door overbelasting, door zeer hoge en zeer lage temperaturen, maar vooral door infecties. Dat zijn allemaal situaties waarin het systeem extra vocht aanmaakt, en als de afvoer verstoord is kan er opeenhoping van vocht en eiwitten ontstaan.

Wat kan lymfoedeem verergeren?

Heeft u eenmaal oedeemklachten, dan zijn er factoren die deze kunnen beïnvloeden, zoals

  • Extreme warmte of koude.
  • Stress en sterke emoties.
  • Vermoeidheid.
  • Zwaar tillen.
  • Wondjes in het aangedane gebied, bijvoorbeeld ontstaan door insectenbeten.
  • Druk op de arm of schouder door te smalle beha-bandjes, een te zware prothese of een schoudertas of rugzak; herhaalde bewegingen als strijken en typen.
  • Overgewicht.
  • Overmatige inspanning, ook een te lange wandeling.
  • Als de arm te lang naar beneden hangt.
  • Bloeddruk meten en injecties.

Behandeling

Het is belangrijk om snel te beginnen met gespecialiseerde behandelingen. Er zijn verschillende behandelingen mogelijk.

  • Manuele lymfdrainage: oppervlakkige, zachte massage. Dat stimuleert de afvoer van het lymfevocht.
  • Bandageren: zwachtelen van de arm in de beginfase van lymfdrainage. Houdt het resultaat daarvan vast.
  • Oefentherapie en een aangepaste leefwijze.
  • Therapeutische elastische kous: een op maat gemaakte armkous die u draagt nadat het oedeem stabiel is. Die versterkt de spierpomp en voorkomt dikker worden van de arm.
  • Een operatie: het aanleggen van shunts (omleidingen). Het effect op lange termijn is niet aangetoond.
  • Lymfo liposuctie (afzuigen van verhard lymfe). Wanneer lymfe niet meer indrukbaar is èn nadat geen enkele andere methode heeft geholpen, wordt dit wel toegepast. Dit geeft blijvend goede resultaten.
  • U kunt ook veel zelf doen om met uw lymfoedeem te leren omgaan en verergering te voorkomen.
  • Sporten mag, en kan zelfs goed zijn voor de doorstroming.